Legionella groeit indien er aan een aantal factoren wordt voldaan. Door deze factoren te beïnvloeden kan Legionellagroei worden beperkt of voorkomen.
De groeifactoren zijn:
Het bovenstaande betekent dat de bacterie niet groeit in een droge omgeving.
Diverse aminozuren en metalen zijn nodig als voedingsstof voor de bacterie. Deze zijn vaak in lage concentraties in water aanwezig en in resten van andere bacteriën.
De bacterie heeft een optimale groeitemperatuur van ongeveer 37°C en sterft af bij temperaturen van boven de 55°C. Bij lage temperaturen kan de bacterie wel overleven maar niet vermenigvuldigen.
De bacterie is aeroob en heeft dus zuurstof nodig om te groeien. In volledig stilstaande leidingdelen (waar de zuurstof is verbruikt) wordt dan ook weinig Legionella aangetroffen. Veel vaker wordt Legionella aangetroffen in systemen die sporadisch gebruikt worden.
De bacterie gedijt goed in de zogenaamde biofilm in leidingen. Deze vormt ‘houvast’ voor de bacterie maar dient ook als voedingsbron.
Door de bovenstaande factoren te beheersen (de zogenaamde beheersmaatregelen) kan Legionellagroei beperkt of voorkomen worden.
Beheersmaatregelen zijn bijvoorbeeld:
Elk leidingsysteem kent zijn eigen problematiek en daarmee zijn eigen specifieke beheersmaatregelen. Laat u daarom door een gespecialiseerde partij goed informeren zodat enerzijds doeltreffend gehandeld wordt en anderzijds overbodig werk voorkomen wordt.
Legionellabesmetting kan ernstige tot zeer ernstige en soms zelfs dodelijke gevolgen hebben. Onder andere om de mogelijkheid van deze besmetting zoveel mogelijk te voorkomen is er in Nederland een Drinkwaterwet van kracht die eigenaren van collectieve watervoorzieningen voorschrijft wat zij verplicht zijn te doen aan legionellapreventie.
De belangrijkste zaken die in deze wet en daaruit voortvloeiende besluiten en regelingen worden genoemd zijn;
Risicoanalyse, Beheersplan, Monstername & Zorgplicht
De Airdouche biedt een betere vloeistofdynamica om de groei te onderdrukken van biofilm, waardoor het risico op legionella besmetting wordt verkleind:
• Door de luchtinlaatopeningen in de Airdouche, loopt het water gemakkelijker van de slang en douchekop weg wanneer de kraan is dichtgedraaid. Dit minimaliseert het risico van biofilmgroei in de douchekop en doucheslang.
• Flow visualisatie-onderzoek bij CSIRO concludeert dat er sprake is van stagnatie stroomgebieden (dode zones) in een stroombegrenzer. Dergelijke dode zones hebben meer kans om in de loop van de tijd biofilm te laten groeien. De Airdouche doet dat niet want deze laat de slang en kop volledig leeglopen waardoor geen dode zones ontstaan.
• Door de combinatie van de stroomversnelling in de Airdouche en toevoeging van lucht, ontstaat er een turbulentie die de binnenkant van de slang op eventuele aanwezigheid van biofilm schoon schraapt.
De collectieve (drink)waterinstallaties die zich in hier onder genoemde gebouwen bevinden zijn onderworpen aan een streng regime wat inhoudt dat hiervoor een risicoanalyse moet worden opgesteld en afhankelijk van de bevindingen een beheersplan :
Instellingen voor medisch specialistische zorg, met uitzondering van zelfstandige behandelcentra;
Een gebouw, een gedeelte van een gebouw of een samenhangend geheel van gebouwen of gedeelten daarvan met een logiesfunctie, met uitzondering van recreatiewoningen, huisjes op volkstuincomplexen en gebouwen waar uitsluitend wordt overnacht door personen die ter plaatse werkzaam zijn;
Uitzonderingen : Indien het in bovenstaande gebouwen gaat om een eenvoudige installatie ( gedefinieerd als : Een installatie die overeenkomt met die van een eengezinswoning ) hoeft niet aan legionellapreventie te worden gedaan.
De wet schrijft voor dat de maatregelen die voortvloeien uit een risicoanalyse worden uitgewerkt in een beheersplan. In dit plan moet als belangrijkste onderdeel worden beschreven hoe de bepaalde risico’s door middel van periodiek uit te voeren beheersmaatregelen zoveel mogelijk worden beperkt en hoe de waterkwaliteit wordt gemonitord. Ook moet worden aangegeven hoe moet worden gehandeld in geval uit de periodieke wateranalyses blijkt dat het water niet aan de wettelijk gestelde eisen op het gebied van legionella voldoet.
Het nemen en onderzoeken van watermonsters op de aanwezigheid van legionella moet voor de in bovenstaande lijst genoemde installaties eerst gebeuren bij het uitvoeren van de risicoanalyse en vervolgens ieder half jaar. Ook het aantal monsters, gerelateerd aan het aantal tappunten, is vastgelegd.
Eigenaren van (collectieve ) installaties die niet in bovenstaande lijst voorkomen moeten er zorg voor dragen dat het drinkwater op het tappunt voldoet aan de wettelijk daaraan gestelde eisen. Zij moeten dus minimaal aan kunnen tonen dat er aandacht is besteed aan legionellapreventie, bijvoorbeeld door het laten uitvoeren van een risicoanalyse.
Een risicoanalyse en beheersplan legionella mag voor bovengenoemde installaties alleen worden uitgevoerd door op basis van BRL 6010 gecertificeerde bedrijven. Deze bedrijven houden bij uitvoering rekening met alle op dat moment geldende voorschriften en richtlijnen.
Monstername en analyse mag voor deze installaties alleen worden gedaan door laboratoria die een kwaliteitsborgingssysteem hanteren dat gebaseerd is op NEN-EN-ISO/IEC 17025:2005 of een gelijkwaardige norm.
Nieuwe drinkwaterwet per 1 juli 2011
Op 1 juli 2011 is de nieuwe Drinkwaterwet in werking getreden. Deze wet volgt de bestaande Waterleidingwet op. De regels voor legionellapreventie zijn opgenomen in het onderliggende Drinkwaterbesluit en de ministeriële regeling.
Wat zijn de belangrijkste wijzigingen op het gebied van Legionellapreventie?
1. De risicoanalyse en het beheersplan van prioritaire installaties moet uitgevoerd en opgesteld worden door een BRL 6010 gecertificeerd bedrijf.
In prioritaire installaties is de aanwezigheid van een beheersplan verplicht. Ook is het verplicht om aantoonbaar de beheersmaatregelen op het gebied van Legionellapreventie uit te voeren.
Prioritaire Installaties zijn:
Onder beheersmaatregelen wordt verstaan:
2. De meldingsplicht richting toezichthouder is gewijzigd van 100 naar 1000 kve/l.
Indien bij het nemen van watermonsters in een prioritaire installatie een besmetting wordt geconstateerd van meer dan 100 kve/l dient men maatregelen te nemen. Indien de besmetting hoger is dan 1000 kve/l moet melding worden gemaakt bij toezichthouder IL&T. Hierbij moet worden aangegeven welke maatregelen worden getroffen om de besmetting ongedaan te maken. De maatregelen worden gecontroleerd door her bemonstering.
3. Er zijn nadere regels gesteld aan het gebruik van alternatieve technieken als beheersmaatregel.
Voor de inzet van preventieve alternatieve technieken wordt het ‘opstapje van I&M’ gehanteerd. In de nieuwe wetgeving is fysisch beheer gelijkgesteld aan thermisch beheer. Dit betekent dat microfiltratie en UV desinfectie zijn toegestaan. Indien dit niet afdoende is kan gekeken worden naar elektrochemisch beheer zoals anodische oxidatie en koper-zilverionisatie. Als kan worden aangetoond dat dit niet toepasbaar is of niet effectief is kan nog chemisch beheer worden toegepast. Hierbij worden chemische producten gedoseerd toegevoegd aan het drinkwater.
Bij fysisch beheer wordt gebruik gemaakt van zogenaamde poortwachter systemen. Het drinkwater wordt bij binnenkomst gedesinfecteerd of gefilterd. Indien er Legionellabacteriën in het achterliggende drinkwatersysteem aanwezig zijn zullen hiervoor extra maatregelen moeten worden genomen.
Het toepassen van elektrochemisch en chemisch beheer kan uitsluitend met systemen die zijn toegelaten door het College voor de Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen en biociden (CTGB) en na toestemming van de toezichthouder.
4. Zorgwoningen worden niet meer aangemerkt als prioritaire installaties.
Het betreft losse woningen waar zorg verleend wordt, gevestigd in een reguliere woonwijk of in een appartementencomplex. Indien sprake is van een eenvoudige drinkwaterinstallatie hoeft niet aan legionellapreventie te worden gedaan. Het gaat volgens de definitie om een installatie die overeenkomt met die van een eengezinswoning. Een dergelijke installatie bestaat doorgaans uit een stelsel van leidingen met aansluitpunten voor een keuken, één of twee badkamers en toiletten, enkele wastafels en de warm tapwatervoorziening. Een drinkwaterinstallatie waar vanwege de oppervlakte van de zorgwoning een of meerdere brandslanghaspels verplicht deel van uitmaken, wordt niet als eenvoudige drinkwaterinstallatie aangemerkt.
5. Truckstops en logies/bed and breakfasts zijn toegevoegd aan de lijst met prioritaire installaties.
Drinkwaterinstallaties in deze gebouwen moeten worden voorzien van een Legionella beheersplan. Het betreft bed and breakfast locaties met meer dan vijf slaapplaatsen.
6. Het niet voldoen aan de Legionellawetgeving wordt als economisch delict gezien.
De nieuwe Drinkwaterwet is opgenomen in de Wet Economische Delicten. Hierdoor kunnen hogere boetes dan voorheen worden gegeven als de Legionellawetgeving niet wordt nageleefd. De hoogte wordt bepaald door het Openbaar Ministerie en kan oplopen tot duizenden euro’s boete. Tevens kan de toezichthouder dwangsommen opleggen als instellingen de regels overtreden.